okereke2_Tafadzwa UfumeliGetty Images_vaccines Tafadzwa Ufumeli/Getty Images

We moeten Afrikaʼs pandemiedividend optimaal benutten

LONDEN – Het inenten van de Afrikaanse bevolking tegen COVID-19 is een moeilijke zaak gebleken. Terwijl het continent aanvankelijk kampte met een tekort aan vaccins, wordt het nu geconfronteerd met een tekort aan aandacht. De COVID-19-pandemie wordt algemeen beschouwd als voorbij, en sommige commentatoren beweren nu dat de Afrikaanse landen hun doelstellingen inzake inenting tegen COVID-19 moeten verlagen en hun middelen moeten richten op urgentere prioriteiten, waaronder uitbraken van andere ziektes (zoals het Marburg-virus en Ebola) en routine-immunisatie. Dit zou een vergissing zijn.

Hoewel de huidige COVID-19-vaccins de besmettingen minder hebben beperkt dan gehoopt, verminderen zij de ernst van de ziekte aanzienlijk, waardoor het aantal ziekenhuisopnames daalt. Dit is bijzonder belangrijk in Afrika, waar degenen die met COVID-19 in het ziekenhuis worden opgenomen aanzienlijk meer kans hebben om te sterven dan degenen die elders met de ziekte worden opgenomen. Toch hebben slechts drie Afrikaanse landen de vaccinatiedoelstelling van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) van zeventig procent van de bevolking gehaald, terwijl het gemiddelde voor het hele continent slechts 24 procent bedraagt.

Maar het belang van massavaccinatie heeft niet alleen betrekking op COVID-19. De pandemie heeft geleid tot een aanzienlijke toename van de overheids- en multilaterale investeringen in de volksgezondheid. De Wereldbank heeft 39 miljard dollar aan nieuwe financiering verstrekt, de Mastercard Foundation nog eens 1,5 miljard dollar, en de Europese Unie ongeveer 113 miljoen dollar. Deze bedragen gingen gepaard met wereldwijde bijdragen via het Financial Intermediary Fund for Pandemic Prevention, Preparedness, and Response, dat 1,3 miljard dollar heeft toegewezen. Ook de Afrikaanse regeringen hebben grote bijdragen geleverd.

https://prosyn.org/Dr9Ogmtnl