GENÈVE – De wereldeconomie blijft de natuur uitputten, ondanks het feit dat ze er volledig van afhankelijk is. Het is makkelijk te begrijpen waarom dit onhoudbaar is, vooral in het licht van de gevaarlijk escalerende klimaatverandering. Nu het financieringstekort voor biodiversiteit wordt geschat op ongeveer zevenhonderd tot negenhonderd miljard dollar per jaar, groeit de roep om ‘te investeren in de natuur’ in de aanloop naar de conferentie van de Verenigde Naties over biodiversiteit in Cali, Colombia (COP16) in oktober.
Maar deze goedbedoelde inspanningen gaan voorbij aan het grotere plaatje. Investeren in de natuur zal haar niet redden zolang de wereldeconomie meer natuurlijke hulpbronnen verbruikt dan de planeet kan produceren. Het is alsof je probeert over te schakelen op een koolstofarme economie door dure koolstofopslagsystemen te gebruiken, terwijl je tegelijkertijd toestaat dat industrieën die veel fossiele brandstoffen gebruiken steeds meer broeikasgassen uitstoten.
In plaats daarvan hebben we een regeneratieve wereldeconomie nodig die de natuur behoudt en herstelt, en daarmee de wereld helpt cruciale klimaatdoelen te bereiken. Kortom, we moeten werken aan een duurzame en rechtvaardige bio-economie.
De bio-economie omvat een breed scala aan sectoren en bedrijfsactiviteiten. Het meest voor de hand liggend zijn regeneratieve vormen van landbouw, visserij, bosbouw en aquacultuur. Daarnaast zijn er de vele manieren waarop technologie wordt gecombineerd met productie op het land en in de zee, van biogebaseerde kunststoffen tot bio-energie en biofarmaceutische producten. Tot slot zijn er de vele mogelijkheden om de waarde van de natuur te in geld om te zetten door middel van hoogwaardige en billijke, op de natuur gebaseerde koolstof- en biodiversiteitscredits.
Het potentieel is enorm. Het World Bioeconomy Forum schat de huidige waarde van de mondiale bio-economie op vier biljoen dollar, en sommige projecties laten zien dat dit kan oplopen tot dertig biljoen dollar of meer in 2050. Maar de bio-economie is niet automatisch duurzaam of rechtvaardig. Ze kan de natuur vernietigen, bijvoorbeeld door overbevissing en ontbossing. Ook kan ze de ongelijkheid vergroten: er zijn al gevallen bekend van landroof door buitenlandse investeerders, waardoor natuurrijke landen en lokale gemeenschappen in het Mondiale Zuiden er slechter aan toe zijn.
Een belangrijke vraag op de biodiversiteitsagenda is bijvoorbeeld hoe we ervoor kunnen zorgen dat de winsten uit de digitale sequentiebepaling van genetische bronnen eerlijk worden verdeeld. DNA-sequentiegegevens – in beleidskringen ‘digitale sequentie-informatie’ (DSI) genoemd – hebben een revolutie teweeggebracht in de biowetenschappen en voeden de innovatie in sectoren zoals voedselzekerheid, geneeskunde, groene energie en het behoud van biodiversiteit. Open toegang tot de SARS-CoV-2-virussequenties was gedeeltelijk verantwoordelijk voor de snelle ontwikkeling van diagnostische kits en vaccins.
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
DSI heeft ook veel commerciële toepassingen en biedt nieuwe mogelijkheden voor economische ontwikkeling. Het is veelbelovend dat de onderhandelaars het onlangs eens zijn geworden over een ontwerpaanbeveling voor de operationalisering van de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen van DSI, met inbegrip van de oprichting van een wereldfonds, dat tijdens COP16 in overweging zal worden genomen.
Brazilië heeft in zijn huidige rol als voorzitter van de G20 het voortouw genomen bij het bevorderen van een rechtvaardige, duurzame bio-economie. Dit omvat de oprichting van het G20-initiatief inzake bio-economie, dat onlangs tien vrijwillige beginselen heeft gedefinieerd die beleidsmakers zullen helpen een bio-economie te cultiveren die de sociale integratie bevordert, duurzame banen biedt en de vooruitgang naar klimaat- en natuurdoelstellingen versnelt. Er is goede hoop dat Brazilië dit werk zal voortzetten tijdens zijn voorzitterschap van de VN-klimaatveranderingsconferentie in 2025 en dat Zuid-Afrika een soortgelijke agenda zal bevorderen wanneer het eind dit jaar het voorzitterschap van de G20 op zich neemt.
Er kunnen nu al diverse stappen worden gezet om investeringen in de bio-economie te vergemakkelijken. Het creëren van gemeenschappelijke meetstandaarden en een boekhouding voor natuurlijk kapitaal kan instellingen zoals UN Trade and Development en de Wereldhandelsorganisatie helpen om biohandelsregelingen te verbeteren en subsidieproblemen aan te pakken. Het beprijzen van de natuur kan investeringen bevorderen door de economische waarde van een duurzame bio-economie te verhogen. Het opstellen van handels- en investeringsregels, het aanpakken van gegevenstekorten en het zorgen voor systematische analyses zijn van vitaal belang voor de ontwikkeling van een robuuste bio-economie. Regionale instellingen zoals de Europese Unie en de Afrikaanse Unie bevinden zich in een goede positie om deze veranderingen door te voeren.
Het ontwikkelen van een succesvolle bio-economie vergt een geïntegreerde aanpak en dat begint met beleid. Regeneratieve landbouw, zoals bioplastics en bio-energie, kan moeilijk concurreren met koolstofintensieve alternatieven die vaak aanzienlijke subsidies ontvangen. ‘Bio-industrieën’ die sterk afhankelijk zijn van technologie hebben een ondersteunend ecosysteem nodig van zakelijke partnerschappen, onderzoek en innovatie, regelgeving en overheidsfinanciering, dat vaak ontbreekt in lage- en middeninkomenslanden.
Dergelijke problemen maken het moeilijker voor landen in het Mondiale Zuiden om waarde toevoegende sectoren te ontwikkelen die duurzaam gebruik maken van hun natuurlijke rijkdommen. Hoewel diverse regeringen in toenemende mate bio-economiestrategieën ontwikkelen, vormen staatsschuldencrises en de daaruit voortvloeiende fiscale druk vaak een belemmering voor het vrijmaken van binnenlandse overheidsfinanciering of het aantrekken van particuliere investeringen.
Ontwikkelingsfinancieringsinstellingen kunnen een belangrijke rol spelen in het Mondiale Zuiden en doen dat ook. In 2024 heeft de Internationale Financieringsmaatschappij bijvoorbeeld 56 miljard dollar toegezegd aan particuliere bedrijven en financiële instellingen in ontwikkelingslanden. Maar veel van deze instellingen hebben geen strategie of focus op de bio-economie, ook al kunnen investeringen in rechtvaardig en duurzaam gebruik, behoud en regeneratie van natuurlijke hulpbronnen de biodiversiteit beschermen, klimaatmaatregelen versnellen, fatsoenlijke banen genereren en de toepassing van schone technologie aanjagen. Het realiseren van deze kansen vereist meer dan één investering tegelijk. Alleen door nationale en regionale strategieën te koppelen aan internationale samenwerking kunnen we de duurzame, rechtvaardige bio-economie opbouwen die we nodig hebben.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
With German voters clearly demanding comprehensive change, the far right has been capitalizing on the public's discontent and benefiting from broader global political trends. If the country's democratic parties cannot deliver, they may soon find that they are no longer the mainstream.
explains why the outcome may decide whether the political “firewall” against the far right can hold.
The Russian and (now) American vision of "peace" in Ukraine would be no peace at all. The immediate task for Europe is not only to navigate Donald’s Trump unilateral pursuit of a settlement, but also to ensure that any deal does not increase the likelihood of an even wider war.
sees a Korea-style armistice with security guarantees as the only viable option in Ukraine.
Rather than engage in lengthy discussions to pry concessions from Russia, US President Donald Trump seems committed to giving the Kremlin whatever it wants to end the Ukraine war. But rewarding the aggressor and punishing the victim would amount to setting the stage for the next war.
warns that by punishing the victim, the US is setting up Europe for another war.
Within his first month back in the White House, Donald Trump has upended US foreign policy and launched an all-out assault on the country’s constitutional order. With US institutions bowing or buckling as the administration takes executive power to unprecedented extremes, the establishment of an authoritarian regime cannot be ruled out.
The rapid advance of AI might create the illusion that we have created a form of algorithmic intelligence capable of understanding us as deeply as we understand one another. But these systems will always lack the essential qualities of human intelligence.
explains why even cutting-edge innovations are not immune to the world’s inherent unpredictability.
GENÈVE – De wereldeconomie blijft de natuur uitputten, ondanks het feit dat ze er volledig van afhankelijk is. Het is makkelijk te begrijpen waarom dit onhoudbaar is, vooral in het licht van de gevaarlijk escalerende klimaatverandering. Nu het financieringstekort voor biodiversiteit wordt geschat op ongeveer zevenhonderd tot negenhonderd miljard dollar per jaar, groeit de roep om ‘te investeren in de natuur’ in de aanloop naar de conferentie van de Verenigde Naties over biodiversiteit in Cali, Colombia (COP16) in oktober.
Maar deze goedbedoelde inspanningen gaan voorbij aan het grotere plaatje. Investeren in de natuur zal haar niet redden zolang de wereldeconomie meer natuurlijke hulpbronnen verbruikt dan de planeet kan produceren. Het is alsof je probeert over te schakelen op een koolstofarme economie door dure koolstofopslagsystemen te gebruiken, terwijl je tegelijkertijd toestaat dat industrieën die veel fossiele brandstoffen gebruiken steeds meer broeikasgassen uitstoten.
In plaats daarvan hebben we een regeneratieve wereldeconomie nodig die de natuur behoudt en herstelt, en daarmee de wereld helpt cruciale klimaatdoelen te bereiken. Kortom, we moeten werken aan een duurzame en rechtvaardige bio-economie.
De bio-economie omvat een breed scala aan sectoren en bedrijfsactiviteiten. Het meest voor de hand liggend zijn regeneratieve vormen van landbouw, visserij, bosbouw en aquacultuur. Daarnaast zijn er de vele manieren waarop technologie wordt gecombineerd met productie op het land en in de zee, van biogebaseerde kunststoffen tot bio-energie en biofarmaceutische producten. Tot slot zijn er de vele mogelijkheden om de waarde van de natuur te in geld om te zetten door middel van hoogwaardige en billijke, op de natuur gebaseerde koolstof- en biodiversiteitscredits.
Het potentieel is enorm. Het World Bioeconomy Forum schat de huidige waarde van de mondiale bio-economie op vier biljoen dollar, en sommige projecties laten zien dat dit kan oplopen tot dertig biljoen dollar of meer in 2050. Maar de bio-economie is niet automatisch duurzaam of rechtvaardig. Ze kan de natuur vernietigen, bijvoorbeeld door overbevissing en ontbossing. Ook kan ze de ongelijkheid vergroten: er zijn al gevallen bekend van landroof door buitenlandse investeerders, waardoor natuurrijke landen en lokale gemeenschappen in het Mondiale Zuiden er slechter aan toe zijn.
Een belangrijke vraag op de biodiversiteitsagenda is bijvoorbeeld hoe we ervoor kunnen zorgen dat de winsten uit de digitale sequentiebepaling van genetische bronnen eerlijk worden verdeeld. DNA-sequentiegegevens – in beleidskringen ‘digitale sequentie-informatie’ (DSI) genoemd – hebben een revolutie teweeggebracht in de biowetenschappen en voeden de innovatie in sectoren zoals voedselzekerheid, geneeskunde, groene energie en het behoud van biodiversiteit. Open toegang tot de SARS-CoV-2-virussequenties was gedeeltelijk verantwoordelijk voor de snelle ontwikkeling van diagnostische kits en vaccins.
Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
DSI heeft ook veel commerciële toepassingen en biedt nieuwe mogelijkheden voor economische ontwikkeling. Het is veelbelovend dat de onderhandelaars het onlangs eens zijn geworden over een ontwerpaanbeveling voor de operationalisering van de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen van DSI, met inbegrip van de oprichting van een wereldfonds, dat tijdens COP16 in overweging zal worden genomen.
Brazilië heeft in zijn huidige rol als voorzitter van de G20 het voortouw genomen bij het bevorderen van een rechtvaardige, duurzame bio-economie. Dit omvat de oprichting van het G20-initiatief inzake bio-economie, dat onlangs tien vrijwillige beginselen heeft gedefinieerd die beleidsmakers zullen helpen een bio-economie te cultiveren die de sociale integratie bevordert, duurzame banen biedt en de vooruitgang naar klimaat- en natuurdoelstellingen versnelt. Er is goede hoop dat Brazilië dit werk zal voortzetten tijdens zijn voorzitterschap van de VN-klimaatveranderingsconferentie in 2025 en dat Zuid-Afrika een soortgelijke agenda zal bevorderen wanneer het eind dit jaar het voorzitterschap van de G20 op zich neemt.
Er kunnen nu al diverse stappen worden gezet om investeringen in de bio-economie te vergemakkelijken. Het creëren van gemeenschappelijke meetstandaarden en een boekhouding voor natuurlijk kapitaal kan instellingen zoals UN Trade and Development en de Wereldhandelsorganisatie helpen om biohandelsregelingen te verbeteren en subsidieproblemen aan te pakken. Het beprijzen van de natuur kan investeringen bevorderen door de economische waarde van een duurzame bio-economie te verhogen. Het opstellen van handels- en investeringsregels, het aanpakken van gegevenstekorten en het zorgen voor systematische analyses zijn van vitaal belang voor de ontwikkeling van een robuuste bio-economie. Regionale instellingen zoals de Europese Unie en de Afrikaanse Unie bevinden zich in een goede positie om deze veranderingen door te voeren.
Het ontwikkelen van een succesvolle bio-economie vergt een geïntegreerde aanpak en dat begint met beleid. Regeneratieve landbouw, zoals bioplastics en bio-energie, kan moeilijk concurreren met koolstofintensieve alternatieven die vaak aanzienlijke subsidies ontvangen. ‘Bio-industrieën’ die sterk afhankelijk zijn van technologie hebben een ondersteunend ecosysteem nodig van zakelijke partnerschappen, onderzoek en innovatie, regelgeving en overheidsfinanciering, dat vaak ontbreekt in lage- en middeninkomenslanden.
Dergelijke problemen maken het moeilijker voor landen in het Mondiale Zuiden om waarde toevoegende sectoren te ontwikkelen die duurzaam gebruik maken van hun natuurlijke rijkdommen. Hoewel diverse regeringen in toenemende mate bio-economiestrategieën ontwikkelen, vormen staatsschuldencrises en de daaruit voortvloeiende fiscale druk vaak een belemmering voor het vrijmaken van binnenlandse overheidsfinanciering of het aantrekken van particuliere investeringen.
Ontwikkelingsfinancieringsinstellingen kunnen een belangrijke rol spelen in het Mondiale Zuiden en doen dat ook. In 2024 heeft de Internationale Financieringsmaatschappij bijvoorbeeld 56 miljard dollar toegezegd aan particuliere bedrijven en financiële instellingen in ontwikkelingslanden. Maar veel van deze instellingen hebben geen strategie of focus op de bio-economie, ook al kunnen investeringen in rechtvaardig en duurzaam gebruik, behoud en regeneratie van natuurlijke hulpbronnen de biodiversiteit beschermen, klimaatmaatregelen versnellen, fatsoenlijke banen genereren en de toepassing van schone technologie aanjagen. Het realiseren van deze kansen vereist meer dan één investering tegelijk. Alleen door nationale en regionale strategieën te koppelen aan internationale samenwerking kunnen we de duurzame, rechtvaardige bio-economie opbouwen die we nodig hebben.
Vertaling: Menno Grootveld