moreiradasilva2_JOHN WESSELSAFP via Getty Images_internally displaced mozambique JOHN WESSELS/AFP via Getty Images

We moeten de kloof tussen ontwikkeling en projectimplementatie overbruggen

KOPENHAGEN – De voorjaarsvergaderingen van de Wereldbank deze week zullen de aanvulling van het kapitaal van de International Development Association (IDA) – de grootste bron van ontwikkelingsfinanciering voor de armste mensen op aarde – een flinke steun in de rug geven. Dit had niet snel genoeg kunnen gebeuren. Nu de extreme armoede, de klimaatverandering en een steeds erger wordende schuldencrisis de voortgang van de Sustainable Development Goals (SDGs) van de Verenigde Naties in gevaar brengen, is de IDA belangrijker dan ooit.

Voor veel ontvangende landen vertegenwoordigt de IDA dikwijls de enige betrouwbare, duurzame bron van ontwikkelingsfinanciering. De IDA biedt donoren goede waar voor hun geld: voor iedere via de IDA ingelegde dollar ontvangen de debiteurenlanden ongeveer vier dollar ter ondersteuning van hun ontwikkeling. Maar nu regeringen de middelen van IDA dit jaar op ambitieuze wijze willen aanvullen, moeten we de impact van de IDA-dollars die al in omloop zijn maximaliseren.

Aangezien tegen 2030 naar verwachting tweederde van de mensen die in extreme armoede leven in kwetsbare en door conflicten getroffen landen zal wonen, is een succesvolle uitvoering van door de IDA gesteunde ontwikkelingsprojecten in moeilijke omstandigheden van vitaal belang. Maar, zo blijkt uit nieuw onderzoek van het International Rescue Committee (IRC), bij het uitbetalen van IDA-gelden aan projecten die een positieve invloed hebben op het leven van mensen moeten grote barrières worden overwonnen. Tijdens een recente IDA-cyclus werd ongeveer vijftig procent van de financieringstoezeggingen in door conflicten getroffen, minst ontwikkelde landen niet uitbetaald. Het onderzoek van het IRC wijst op de beperkte institutionele capaciteit, vooral in door conflicten getroffen landen.

Dergelijke hiaten kunnen grotendeels worden verklaard door de lage risicodrempel van de Wereldbank en een operationeel model dat voornamelijk werkt met en via nationale regeringen. Dit model kan leiden tot vertragingen en opschortingen van projecten, vooral in door conflicten getroffen landen, niet in de laatste plaats vanwege de beperkte institutionele capaciteit en een gebrek aan relevante expertise en ervaring.

Dit benadrukt een cruciaal punt. Maar al te vaak richten discussies over ontwikkelingsdoelen zoals de SDG’s zich op twee hiaten – in financiering en beleid – terwijl de implementatiekloof over het hoofd wordt gezien. Maar met financiering en beleid alleen kunnen knelpunten bij de uitvoering niet worden opgelost; technische bijstand en andere ondersteuning zijn ook van vitaal belang. Dit is een belangrijk aandachtspunt van het United Nations Office for Project Services (UNOPS), dat ik nu precies een jaar leid.

UNOPS voert operaties uit in ruim tachtig landen namens het VN-systeem en mondiale partners, zoals de Wereldbank. Het grootste deel van ons werk vindt plaats in onstabiele en door conflicten getroffen omgevingen en we zijn een belangrijk kanaal voor de uitvoering van door de IDA gefinancierde projecten, naast andere humanitaire, ontwikkelings- en vredes- en veiligheidsinitiatieven. We helpen ontvangende regeringen ook om het meeste te halen uit de IDA-fondsen die ze krijgen, door samen te werken met andere VN-organisaties om de oplevering van projecten te versnellen, vertragingen te overwinnen en de beoogde resultaten te garanderen.

SPRING SALE: Save 40% on all new Digital or Digital Plus subscriptions
PS_Sales_Spring_1333x1000_V1

SPRING SALE: Save 40% on all new Digital or Digital Plus subscriptions

Subscribe now to gain greater access to Project Syndicate – including every commentary and our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – starting at just $49.99.

Subscribe Now

Onze ervaring, met name in conflictgebieden, toont de overweldigende positieve impact die IDA-fondsen kunnen hebben als we de uitvoering goed aanpakken. In Zuid-Soedan bijvoorbeeld werkten de IDA en VN-organisaties samen om een project uit te voeren dat gericht was op het verbeteren van de toegang van arme en kwetsbare huishoudens tot tijdelijke inkomstenbronnen. Sindsdien is de veiligheidssituatie voldoende verbeterd om het volledige eigenaarschap van de projecten – waarmee ruim 420.000 mensen in tien districten zijn bereikt – terug te geven aan de Zuid-Soedanese regering en de lokale gemeenschappen.

In Mozambique werkt UNOPS samen met de Wereldbank en de nationale regering aan het herstel van basisvoorzieningen voor 680.000 mensen die ontheemd zijn geraakt als gevolg van het conflict in het noorden van het land, of die onderdak bieden aan ontheemde gemeenschappen en repatrianten.

In Jemen, waar de Bank niet via de regering kan werken, heeft de Wereldbank met IDA-financiering samengewerkt met VN-partners ter plaatse om toegang tot basisvoorzieningen aan te bieden. Eén project, uitgevoerd door UNICEF, de Wereldgezondheidsorganisatie en UNOPS, bood gezondheids- en voedingsdiensten aan ruim acht miljoen Jemenieten op ruim tweeduizend locaties, door gebruik te maken van mobiele outreach-teams. Een dergelijke betrokkenheid helpt om het menselijk kapitaal van vóór de crisis en een zekere mate van institutionele stabiliteit te behouden, die beide essentieel zijn voor het uiteindelijke herstel na een conflict.

Deze capaciteit om projecten uit te voeren, zelfs in door crises getroffen gebieden, waaronder conflictgebieden zoals Jemen, is essentieel om de SDG’s te realiseren. Maar dat geldt ook voor inspanningen om crises te voorkomen. Dit zijn bijzonder kosteneffectieve interventies: voor elke dollar die in preventie wordt geïnvesteerd, wordt op de lange termijn ongeveer 16 dollar bespaard. Bij elke interventie is de timing essentieel. Zoals de Wereldbank heeft aangegeven, is het noodzakelijk om IDA-financiering vroeg te investeren, vooral in fragiele contexten.

De onlangs uitgebreide Crisis Preparedness and Response Toolkit van de Wereldbank belooft landen te helpen reageren op noodsituaties, van conflicten tot klimaatgerelateerde rampen, en zich voor te bereiden op toekomstige schokken. De toolkit bevat bijvoorbeeld maatregelen waarmee regeringen tot tien procent van niet-uitgekeerde financiering van de Wereldbank kunnen toewijzen aan respons in noodsituaties. Samen met andere instrumenten en welkome veranderingen in het kader van de ontwikkelings- en hervormingsagenda van de Bank, biedt dit de broodnodige flexibiliteit aan landen die in een crisis verkeren.

De voorjaarsvergaderingen van de Wereldbank van deze week bieden een waardevolle gelegenheid om na te denken over de cruciale rol van de IDA als bron van hoop voor de meest behoeftigen – en om zich in te zetten voor een nog grotere impact. Dat betekent niet alleen het aanvullen van de middelen, maar ook het erkennen en aanpakken van hiaten in de implementatie.

Jorge Moreira da Silva, uitvoerend directeur van het VN-bureau voor projectdiensten, is voormalig minister van milieu en energie van Portugal en voormalig directeur van het directoraat Ontwikkelingssamenwerking van de OESO.

https://prosyn.org/Me93HGpnl