GENÈVE– De kans is groot dat jij een van de 154 miljoen mensen kent die de afgelopen vijftig jaar door een routinevaccinatie zijn gered van een vermijdbare dood. Misschien ben je er zelf wel één. Als je de afgelopen vijftig jaar overziet, is het moeilijk om een hulpmiddel voor de volksgezondheid te vinden dat een positievere impact heeft gehad dan vaccinatie, of dat meer heeft gedaan om de gelijkheid in de wereldgezondheid te bevorderen.
Routinevaccinatieprogramma’s, ooit voorbehouden aan de rijke wereld, bestaan nu in elk land, dankzij de historische verbintenis die de lidstaten van de Wereldgezondheidsorganisatie in 1974 aangingen om wat nu bekend staat als het Essential Programme on Immunization op te zetten. Aanvankelijk richtte het EPI zich op het garanderen van universele toegang tot vaccins tegen tuberculose, difterie, kinkhoest, tetanus, polio en mazelen – allemaal goed te voorkomen dodelijke ziekten onder kinderen. Vandaag de dag is 84 procent van de kinderen wereldwijd ingeënt tegen deze zes ziekten, vergeleken met slechts vijf procent in 1974.
Maar de vooruitgang was zwaar bevochten. Na een snelle toename van de vaccinatiegraad in de jaren tachtig, ging het momentum in de jaren negentig verloren. Het belangrijkste probleem was dat lageinkomenslanden niet over de middelen en de infrastructuur beschikten om de vaccinatieprogramma’s te ondersteunen. Bovendien waren de vaccinmarkten gefragmenteerd en disfunctioneel: landen waren afhankelijk van een paar fabrikanten en de onzekere vraag weerhield nieuwkomers.
Dat is waar Gavi, de Vaccine Alliance, om de hoek kwam kijken. De organisatie werd in 2000 opgericht om de krachten van de publieke en de private sector te bundelen. Door nieuwe partnerschappen aan te gaan, zo was de gedachte, kon Gavi de toegang tot vaccins tegen een breder scala van infectieziekten in lageinkomenslanden en gemarginaliseerde gemeenschappen verbeteren.
In de decennia sindsdien heeft Gavi geholpen om ruim een miljard kinderen te beschermen en de kindersterfte in 78 landen te halveren, terwijl de organisatie ook aanzienlijke economische voordelen heeft opgeleverd. Ondertussen zijn de meeste landen die door Gavi ondersteund worden doorgegaan met het verhogen van de financiering voor vaccinatie-inspanningen, waardoor dergelijke programma’s een duurzamere basis krijgen en een toegangspoort vormen voor andere gezondheidsdiensten.
De vijftigste verjaardag van het EPI is een passend moment om de miljoenen levens te vieren die zijn gered door routinevaccinatie, evenals de gezondheidswerkers die aanzienlijke inspanningen hebben geleverd, vaak in de meest veeleisende omstandigheden, om de doelstellingen van het EPI te realiseren. Maar het is ook een gelegenheid om stil te staan bij wat er nog moet gebeuren. Volgens onze schattingen heeft ongeveer één op de tien kinderen in lageinkomenslanden geen enkele routinevaccinatie gekregen. Deze kinderen met een ‘nuldosis’ bevinden zich vaak in arme gemeenschappen die getroffen zijn door conflicten en ontheemding, in landen met uiterst kwetsbare gezondheidszorgsystemen die geen toegang bieden tot eerstelijnsgezondheidszorg.
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
Blijvende vooruitgang zal afhangen van ons vermogen om deze gemarginaliseerde gemeenschappen te bereiken. Daarom is mijn belangrijkste prioriteit sinds ik in maart CEO werd, ervoor te zorgen dat het werk van Gavi wordt geïnformeerd door en gebaseerd is op de behoeften en ervaringen van de gemeenschappen en landen die we bedienen.
In een tijd waarin gewelddadige conflicten, geopolitieke spanningen en klimaatverandering de krantenkoppen domineren, zou de verjaardag van het EPI ook moeten dienen als een geheugensteuntje dat we nog steeds wereldveranderende resultaten kunnen bereiken als we samenwerken. Elke vaccinatie biedt hoop op een betere, gezondere toekomst. En nu we aan de vooravond staan van een nieuw tijdperk voor vaccinatie, is er reden voor optimisme.
Zo wordt sinds 2022 een recordaantal mensen beschermd door het humaan papillomavirus (HPV)-vaccin, dat beschermt tegen de belangrijkste oorzaak van baarmoederhalskanker. Bovendien hebben we het ambitieuze doel om tegen het einde van 2025 86 miljoen meisjes te immuniseren tegen HPV in door Gavi ondersteunde landen. En deze week zullen nog drie Afrikaanse landen zich aansluiten bij Burkina Faso en Kameroen met de uitrol van ’s werelds allereerste malariavaccin – een ontwikkeling die een paar decennia geleden nog onmogelijk leek.
De toekomst van vaccins lijkt nog rooskleuriger. Het is mogelijk dat er voor het einde van dit decennium een nieuw vaccin is tegen tuberculose – een van de oudste plagen van de mensheid. Als we verder vooruit kijken, zien we misschien zelfs vaccins die worden toegediend via oplosbare microarray-pleisters en niet meer via injectiespuiten.
In de halve eeuw sinds de WHO het EPI instelde, heeft de wereld een opmerkelijk vermogen getoond om samen te werken aan de cruciale kwestie van vaccinatie. Op dit moment van toenemende politieke polarisatie en wereldwijde fragmentatie, moeten we ons inzetten voor nog eens vijftig jaar om de wereld ten goede te veranderen.
Sania Nishtar is CEO van Gavi, the Vaccine Alliance.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
According to the incoming chair of US President Donald Trump’s Council of Economic Advisers, America runs large trade deficits and struggles to compete in manufacturing because foreign demand for US financial assets has made the dollar too strong. It’s an argument that manages to be both logically incoherent and historically wrong.
is unpersuaded by the argument made by presidential advisers for unilaterally restructuring global trade.
By launching new trade wars and ordering the creation of a Bitcoin reserve, Donald Trump is assuming that US trade partners will pay any price to maintain access to the American market. But if he is wrong about that, the dominance of the US dollar, and all the advantages it confers, could be lost indefinitely.
doubts the US administration can preserve the greenback’s status while pursuing its trade and crypto policies.
Diane Coyle
suggests ways to account for “free” digital services in economic frameworks, considers how to prevent the emergence of AI monopolies, warns that cutting funding for basic research is tantamount to destroying the US economy’s foundations, and more.
GENÈVE– De kans is groot dat jij een van de 154 miljoen mensen kent die de afgelopen vijftig jaar door een routinevaccinatie zijn gered van een vermijdbare dood. Misschien ben je er zelf wel één. Als je de afgelopen vijftig jaar overziet, is het moeilijk om een hulpmiddel voor de volksgezondheid te vinden dat een positievere impact heeft gehad dan vaccinatie, of dat meer heeft gedaan om de gelijkheid in de wereldgezondheid te bevorderen.
Routinevaccinatieprogramma’s, ooit voorbehouden aan de rijke wereld, bestaan nu in elk land, dankzij de historische verbintenis die de lidstaten van de Wereldgezondheidsorganisatie in 1974 aangingen om wat nu bekend staat als het Essential Programme on Immunization op te zetten. Aanvankelijk richtte het EPI zich op het garanderen van universele toegang tot vaccins tegen tuberculose, difterie, kinkhoest, tetanus, polio en mazelen – allemaal goed te voorkomen dodelijke ziekten onder kinderen. Vandaag de dag is 84 procent van de kinderen wereldwijd ingeënt tegen deze zes ziekten, vergeleken met slechts vijf procent in 1974.
Maar de vooruitgang was zwaar bevochten. Na een snelle toename van de vaccinatiegraad in de jaren tachtig, ging het momentum in de jaren negentig verloren. Het belangrijkste probleem was dat lageinkomenslanden niet over de middelen en de infrastructuur beschikten om de vaccinatieprogramma’s te ondersteunen. Bovendien waren de vaccinmarkten gefragmenteerd en disfunctioneel: landen waren afhankelijk van een paar fabrikanten en de onzekere vraag weerhield nieuwkomers.
Dat is waar Gavi, de Vaccine Alliance, om de hoek kwam kijken. De organisatie werd in 2000 opgericht om de krachten van de publieke en de private sector te bundelen. Door nieuwe partnerschappen aan te gaan, zo was de gedachte, kon Gavi de toegang tot vaccins tegen een breder scala van infectieziekten in lageinkomenslanden en gemarginaliseerde gemeenschappen verbeteren.
In de decennia sindsdien heeft Gavi geholpen om ruim een miljard kinderen te beschermen en de kindersterfte in 78 landen te halveren, terwijl de organisatie ook aanzienlijke economische voordelen heeft opgeleverd. Ondertussen zijn de meeste landen die door Gavi ondersteund worden doorgegaan met het verhogen van de financiering voor vaccinatie-inspanningen, waardoor dergelijke programma’s een duurzamere basis krijgen en een toegangspoort vormen voor andere gezondheidsdiensten.
De vijftigste verjaardag van het EPI is een passend moment om de miljoenen levens te vieren die zijn gered door routinevaccinatie, evenals de gezondheidswerkers die aanzienlijke inspanningen hebben geleverd, vaak in de meest veeleisende omstandigheden, om de doelstellingen van het EPI te realiseren. Maar het is ook een gelegenheid om stil te staan bij wat er nog moet gebeuren. Volgens onze schattingen heeft ongeveer één op de tien kinderen in lageinkomenslanden geen enkele routinevaccinatie gekregen. Deze kinderen met een ‘nuldosis’ bevinden zich vaak in arme gemeenschappen die getroffen zijn door conflicten en ontheemding, in landen met uiterst kwetsbare gezondheidszorgsystemen die geen toegang bieden tot eerstelijnsgezondheidszorg.
Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
Blijvende vooruitgang zal afhangen van ons vermogen om deze gemarginaliseerde gemeenschappen te bereiken. Daarom is mijn belangrijkste prioriteit sinds ik in maart CEO werd, ervoor te zorgen dat het werk van Gavi wordt geïnformeerd door en gebaseerd is op de behoeften en ervaringen van de gemeenschappen en landen die we bedienen.
In een tijd waarin gewelddadige conflicten, geopolitieke spanningen en klimaatverandering de krantenkoppen domineren, zou de verjaardag van het EPI ook moeten dienen als een geheugensteuntje dat we nog steeds wereldveranderende resultaten kunnen bereiken als we samenwerken. Elke vaccinatie biedt hoop op een betere, gezondere toekomst. En nu we aan de vooravond staan van een nieuw tijdperk voor vaccinatie, is er reden voor optimisme.
Zo wordt sinds 2022 een recordaantal mensen beschermd door het humaan papillomavirus (HPV)-vaccin, dat beschermt tegen de belangrijkste oorzaak van baarmoederhalskanker. Bovendien hebben we het ambitieuze doel om tegen het einde van 2025 86 miljoen meisjes te immuniseren tegen HPV in door Gavi ondersteunde landen. En deze week zullen nog drie Afrikaanse landen zich aansluiten bij Burkina Faso en Kameroen met de uitrol van ’s werelds allereerste malariavaccin – een ontwikkeling die een paar decennia geleden nog onmogelijk leek.
De toekomst van vaccins lijkt nog rooskleuriger. Het is mogelijk dat er voor het einde van dit decennium een nieuw vaccin is tegen tuberculose – een van de oudste plagen van de mensheid. Als we verder vooruit kijken, zien we misschien zelfs vaccins die worden toegediend via oplosbare microarray-pleisters en niet meer via injectiespuiten.
In de halve eeuw sinds de WHO het EPI instelde, heeft de wereld een opmerkelijk vermogen getoond om samen te werken aan de cruciale kwestie van vaccinatie. Op dit moment van toenemende politieke polarisatie en wereldwijde fragmentatie, moeten we ons inzetten voor nog eens vijftig jaar om de wereld ten goede te veranderen.
Sania Nishtar is CEO van Gavi, the Vaccine Alliance.