chiovelli1_Allison JoyceGetty Images_landmines Allison Joyce/Getty Images

Het opruimen van mijnen is van levensbelang voor economieën

LONDEN – Dit jaar markeert de twintigste verjaardag van de Anti-Personnel Mine Ban Convention (Verdrag op het Verbod van Anti-Persoonsmijnen) van de Verenigde Naties. Sinds het verdrag van kracht werd, zijn de gewapende conflicten in Afrika en elders gestaag afgenomen, en heeft de democratisering, gekoppeld aan internationale monitoring, geleid tot een vermindering van het gebruik van landmijnen en andere geïmproviseerde explosieven (IEDs) wereldwijd. Tegelijkertijd zijn inspirerende individuen en organisaties in moeilijke omstandigheden blijven werken om slachtoffers bij te staan en mijnenvelden op te ruimen.

Maar die vooruitgang wordt nu bedreigd. Volgens de Landmine Monitor 2018stijgt het gebruik van landmijnen en IEDs in een alarmerend tempo, evenals het aantal doden en gewonden als gevolg van deze explosieven. De meeste slachtoffers vallen in Syrië, Afghanistan, Jemen, Nigeria, Myanmar en Libië, waar rebellenmilities, regeringstroepen en extremistische groeperingen als de Islamitische Staat nieuwe mijnenvelden hebben gelegd. Door nog niet opgeruimde mijnen uit het verleden blijven deze explosieve overblijfselen van de oorlog de levens van miljoenen mensen beïnvloeden, vooral die van burgers en kinderen, in zo'n vijftig landen.

Nu de internationale gemeenschap zich primair richt op het beperken van het gebruik van landmijnen, het voorkomen van sterfgevallen en het helpen van gewonden, gaat veel minder aandacht uit naar de manier waarop deze explosieven de herstelwerkzaamheden na afloop van een conflict bedreigen. De naar schatting één miljoen IEDs die in Jemen zijn gebruikt, en de duizenden soortgelijke explosieven in Syrië maken de weg naar vrede en wederopbouw in deze landen aanzienlijk lastiger.

https://prosyn.org/YHQqGVGnl