KIGALI – Nog niet zo lang geleden was de diagnose Hiv een doodvonnis. Aids, samen met tuberculose en malaria, doodde miljoenen mensen en overweldigde de gezondheidsstelsels wereldwijd – vooral in Afrika. Maar de wereld kwam samen en vocht terug. Het Global Fund to Fight AIDS, Tuberculosis, and Malaria, opgericht in 2002, is een succesverhaal zonder weerga. Door samenwerking tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden, de particuliere sector, het maatschappelijk middenveld en de getroffen gemeenschappen zijn vierenveertig miljoen levens gered en is het sterftecijfer door deze drie ziekten samen met meer dan de helft gedaald.
Het redden van zoveel levens heeft een enorme economische impact gehad. Het Global Fund schat dat een investering van één dollar via de gezondheidsprogrammaʼs die het ondersteunt, in drie jaar tijd eenendertig dollar aan gezondheidswinst en economisch rendement oplevert. En aangezien de meeste investeringen in Afrika worden gedaan, zullen de voordelen zich over het hele continent verspreiden.
Maar de COVID-19 pandemie heeft deze snelle vooruitgang afgeremd. Hoewel het sterftecijfer op het continent niet zo catastrofaal is geweest als velen vreesden, heeft de pandemie een zeer negatief effect gehad op de Afrikaanse gezondheidsstelsels en op de strijd tegen aids, tuberculose en malaria. Testen, diagnose en behandeling van deze ziekten zijn ernstig aangetast, waardoor de in de afgelopen decennia geboekte vooruitgang in gevaar komt. Zo is het aantal malariadoden in 2020 wereldwijd met dertien procent gestegen tot een niveau dat sinds 2012 niet meer is voorgekomen. Als er niets verandert, zal de kloof op het gebied van gezondheid en economische resultaten tussen Afrika en de rest van de wereld groter worden.
Buitenlandse hulp blijft van vitaal belang. Als we de verliezen als gevolg van de pandemie willen ombuigen en levensreddend werk willen blijven doen, moet het Global Fund zijn fondsenwervingsdoelstelling van achttien miljard dollar voor de komende drie jaar halen. Op de Replenishment Conference van het fonds deze maand komen vertegenwoordigers van donorlanden, de particuliere sector en maatschappelijke organisaties bijeen om de toezeggingen te vernieuwen en te zorgen voor overkoepelende steun voor de strijd tegen aids, tuberculose en malaria.
Maar binnenlandse investeringen zijn ook cruciaal voor het waarborgen van de duurzaamheid van de gezondheidszorg, vooral gezien de gevolgen van de recente wereldwijde schokken voor zowel de geavanceerde als de opkomende economieën. Daarom steunt het Global Fund initiatieven zoals de African Leadership Meeting (ALM) van de Afrikaanse Unie, die pleit voor meer binnenlandse middelen voor de gezondheidszorg.
Terwijl het Mondiale Noorden zich kan verheugen op economisch herstel na Covid, loopt Afrika nog steeds achter op de rest van de wereld wat betreft de toegang tot en het gebruik van vaccins. Het continent zal meer tijd nodig hebben om volledig van de pandemie te herstellen. Hoe kunnen regeringen, gezien de onzekere economische vooruitzichten – met een dalend Afrikaans bbp, een stijgende inflatie en stijgende voedsel- en energiekosten – op realistische wijze de gezondheidsuitgaven verhogen?
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
Hoewel er geen wondermiddel is, hebben we verschillende maatregelen geïdentificeerd die regeringen kunnen nemen om investeringen in de gezondheidssector te bevorderen.
Om te beginnen is economisch herstel een opwaartse spiraal: de groei van het bbp maakt grotere investeringen in gezondheid mogelijk, en een gezondere bevolking is productiever. De komende jaren kunnen een uitdaging vormen, aangezien de langetermijngevolgen van de pandemie en de gevolgen van de oorlog in Oekraïne een negatief effect hebben op investeringen en handel. Maar de volledige uitvoering van initiatieven zoals de African Continental Free Trade Area (AfCFTA) kan Afrika minder afhankelijk maken van de invoer van voedsel en brandstof.
Een andere manier om de lokale gezondheidszorg te ondersteunen is het verhogen van de belastinginkomsten. Veel Afrikaanse regeringen worden geconfronteerd met een aanzienlijke ʻbelastingkloofʼ – het verschil tussen wat hun belastingwetgeving in theorie zou moeten opleveren en wat de regeringen erin slagen te innen. Het wegwerken van achterpoortjes en het verbeteren van de doeltreffendheid van de belastingadministratie zijn krachtige manieren om meer geld beschikbaar te maken voor de gezondheidszorg.
Regeringen moeten ook meer middelen uittrekken voor de volksgezondheid. Zeer weinig Afrikaanse landen besteden momenteel vijftien procent van hun nationale begroting aan de gezondheidssector – de doelstelling van de Verklaring van Abuja uit 2001. Dit belemmert dan weer hun vermogen om hun inspanningen voor de uitroeiing van aids, tuberculose, malaria en andere epidemieën op te voeren en vermindert zo hun kansen om de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling (SDGʼs) voor 2030 te halen.
Ook de particuliere sector moet zijn steentje bijdragen, hetzij via de ondernemingsbelasting, hetzij via door de werkgever beheerde ziektekostenverzekeringen, hetzij via gezondheidsregelingen op de werkplek. Particuliere bedrijven profiteren enorm van een gezondere bevolking en kunnen – zoals we hebben gezien tijdens de COVID-19-pandemie - dramatische verliezen lijden wanneer infectieziekten de kop opsteken.
Natuurlijk is het ook belangrijk de gezondheidsuitgaven efficiënter te maken. Dit vereist coördinatie tussen de ministeries van Financiën en Volksgezondheid. De ministeries van Financiën kunnen de planning, budgettering en uitgaven ondersteunen door een duidelijke indicatie te geven van de beschikbare middelen op de middellange termijn en door in te spelen op veranderende behoeften, waaronder noodsituaties op gezondheidsgebied. Ondertussen kunnen de ministeries van Volksgezondheid meer gestroomlijnde en kosteneffectieve overheidsprogrammaʼs opzetten.
Om deze hefbomen in werking te stellen, zijn politiek leiderschap en aanhoudende inspanningen nodig. Het Global Fund steunt Afrikaanse gemeenschappen en regeringen rechtstreeks bij hun inspanningen om de lokale gezondheidsstelsels te versterken. Maar alleen een combinatie van internationale hulp en binnenlandse financiering kan de inspanningen om aids, tuberculose en malaria tegen 2030 uit te bannen, een krachtige impuls geven. En alleen door een einde te maken aan deze epidemieën kunnen we de economie van Afrika stimuleren, de verdediging van de wereld tegen toekomstige uitbraken versterken en miljoenen mensen bevrijden van de last van ziekten.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
By choosing to side with the aggressor in the Ukraine war, President Donald Trump’s administration has effectively driven the final nail into the coffin of US global leadership. Unless Europe fills the void – first and foremost by supporting Ukraine – it faces the prospect of more chaos and conflict in the years to come.
For most of human history, economic scarcity was a constant – the condition that had to be escaped, mitigated, or rationalized. Why, then, is scarcity's opposite regarded as a problem?
asks why the absence of economic scarcity is viewed as a problem rather than a cause for celebration.
KIGALI – Nog niet zo lang geleden was de diagnose Hiv een doodvonnis. Aids, samen met tuberculose en malaria, doodde miljoenen mensen en overweldigde de gezondheidsstelsels wereldwijd – vooral in Afrika. Maar de wereld kwam samen en vocht terug. Het Global Fund to Fight AIDS, Tuberculosis, and Malaria, opgericht in 2002, is een succesverhaal zonder weerga. Door samenwerking tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden, de particuliere sector, het maatschappelijk middenveld en de getroffen gemeenschappen zijn vierenveertig miljoen levens gered en is het sterftecijfer door deze drie ziekten samen met meer dan de helft gedaald.
Het redden van zoveel levens heeft een enorme economische impact gehad. Het Global Fund schat dat een investering van één dollar via de gezondheidsprogrammaʼs die het ondersteunt, in drie jaar tijd eenendertig dollar aan gezondheidswinst en economisch rendement oplevert. En aangezien de meeste investeringen in Afrika worden gedaan, zullen de voordelen zich over het hele continent verspreiden.
Maar de COVID-19 pandemie heeft deze snelle vooruitgang afgeremd. Hoewel het sterftecijfer op het continent niet zo catastrofaal is geweest als velen vreesden, heeft de pandemie een zeer negatief effect gehad op de Afrikaanse gezondheidsstelsels en op de strijd tegen aids, tuberculose en malaria. Testen, diagnose en behandeling van deze ziekten zijn ernstig aangetast, waardoor de in de afgelopen decennia geboekte vooruitgang in gevaar komt. Zo is het aantal malariadoden in 2020 wereldwijd met dertien procent gestegen tot een niveau dat sinds 2012 niet meer is voorgekomen. Als er niets verandert, zal de kloof op het gebied van gezondheid en economische resultaten tussen Afrika en de rest van de wereld groter worden.
Buitenlandse hulp blijft van vitaal belang. Als we de verliezen als gevolg van de pandemie willen ombuigen en levensreddend werk willen blijven doen, moet het Global Fund zijn fondsenwervingsdoelstelling van achttien miljard dollar voor de komende drie jaar halen. Op de Replenishment Conference van het fonds deze maand komen vertegenwoordigers van donorlanden, de particuliere sector en maatschappelijke organisaties bijeen om de toezeggingen te vernieuwen en te zorgen voor overkoepelende steun voor de strijd tegen aids, tuberculose en malaria.
Maar binnenlandse investeringen zijn ook cruciaal voor het waarborgen van de duurzaamheid van de gezondheidszorg, vooral gezien de gevolgen van de recente wereldwijde schokken voor zowel de geavanceerde als de opkomende economieën. Daarom steunt het Global Fund initiatieven zoals de African Leadership Meeting (ALM) van de Afrikaanse Unie, die pleit voor meer binnenlandse middelen voor de gezondheidszorg.
Terwijl het Mondiale Noorden zich kan verheugen op economisch herstel na Covid, loopt Afrika nog steeds achter op de rest van de wereld wat betreft de toegang tot en het gebruik van vaccins. Het continent zal meer tijd nodig hebben om volledig van de pandemie te herstellen. Hoe kunnen regeringen, gezien de onzekere economische vooruitzichten – met een dalend Afrikaans bbp, een stijgende inflatie en stijgende voedsel- en energiekosten – op realistische wijze de gezondheidsuitgaven verhogen?
Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription
At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.
Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.
Subscribe Now
Hoewel er geen wondermiddel is, hebben we verschillende maatregelen geïdentificeerd die regeringen kunnen nemen om investeringen in de gezondheidssector te bevorderen.
Om te beginnen is economisch herstel een opwaartse spiraal: de groei van het bbp maakt grotere investeringen in gezondheid mogelijk, en een gezondere bevolking is productiever. De komende jaren kunnen een uitdaging vormen, aangezien de langetermijngevolgen van de pandemie en de gevolgen van de oorlog in Oekraïne een negatief effect hebben op investeringen en handel. Maar de volledige uitvoering van initiatieven zoals de African Continental Free Trade Area (AfCFTA) kan Afrika minder afhankelijk maken van de invoer van voedsel en brandstof.
Een andere manier om de lokale gezondheidszorg te ondersteunen is het verhogen van de belastinginkomsten. Veel Afrikaanse regeringen worden geconfronteerd met een aanzienlijke ʻbelastingkloofʼ – het verschil tussen wat hun belastingwetgeving in theorie zou moeten opleveren en wat de regeringen erin slagen te innen. Het wegwerken van achterpoortjes en het verbeteren van de doeltreffendheid van de belastingadministratie zijn krachtige manieren om meer geld beschikbaar te maken voor de gezondheidszorg.
Regeringen moeten ook meer middelen uittrekken voor de volksgezondheid. Zeer weinig Afrikaanse landen besteden momenteel vijftien procent van hun nationale begroting aan de gezondheidssector – de doelstelling van de Verklaring van Abuja uit 2001. Dit belemmert dan weer hun vermogen om hun inspanningen voor de uitroeiing van aids, tuberculose, malaria en andere epidemieën op te voeren en vermindert zo hun kansen om de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling (SDGʼs) voor 2030 te halen.
Ook de particuliere sector moet zijn steentje bijdragen, hetzij via de ondernemingsbelasting, hetzij via door de werkgever beheerde ziektekostenverzekeringen, hetzij via gezondheidsregelingen op de werkplek. Particuliere bedrijven profiteren enorm van een gezondere bevolking en kunnen – zoals we hebben gezien tijdens de COVID-19-pandemie - dramatische verliezen lijden wanneer infectieziekten de kop opsteken.
Natuurlijk is het ook belangrijk de gezondheidsuitgaven efficiënter te maken. Dit vereist coördinatie tussen de ministeries van Financiën en Volksgezondheid. De ministeries van Financiën kunnen de planning, budgettering en uitgaven ondersteunen door een duidelijke indicatie te geven van de beschikbare middelen op de middellange termijn en door in te spelen op veranderende behoeften, waaronder noodsituaties op gezondheidsgebied. Ondertussen kunnen de ministeries van Volksgezondheid meer gestroomlijnde en kosteneffectieve overheidsprogrammaʼs opzetten.
Om deze hefbomen in werking te stellen, zijn politiek leiderschap en aanhoudende inspanningen nodig. Het Global Fund steunt Afrikaanse gemeenschappen en regeringen rechtstreeks bij hun inspanningen om de lokale gezondheidsstelsels te versterken. Maar alleen een combinatie van internationale hulp en binnenlandse financiering kan de inspanningen om aids, tuberculose en malaria tegen 2030 uit te bannen, een krachtige impuls geven. En alleen door een einde te maken aan deze epidemieën kunnen we de economie van Afrika stimuleren, de verdediging van de wereld tegen toekomstige uitbraken versterken en miljoenen mensen bevrijden van de last van ziekten.
Vertaling: Menno Grootveld